Перевод: с английского на нидерландский

с нидерландского на английский

С нидерландского на:
Английский
С английского на:
Нидерландский

eerste klas

Толкование Перевод

1 first class

eerste klas; uitstekend

English-Dutch dictionary > first class
2 first

adj. eerste
--------
adv. eerst; aan het begin; in het begin; allereerst; aanvankelijk
--------
n. eerste; begin; eerste versnelling; eerste plaats; uitstekend (cijfer)

first¹

[ fə:st]

I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; niet te scheiden van het voornaamwoord〉

1 eerste 〈 van de maand, van versnelling enz.〉

2 〈 sport〉 eerste plaats ⇒ overwinning, winnaar

3 〈Brits-Engels; universiteit〉 hoogste cijfer ⇒ 〈 ongeveer〉 summa cum laude 〈 bij examen〉

♦voorbeelden:

2   a well-deserved first • een welverdiende overwinning

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 begin

♦voorbeelden:

1   at first • aanvankelijk, eerst

     from the first • van in/bij het begin

     it was a disaster from first to last • het was een compleet fiasco

III 〈 meervoud〉〈 handel〉

1 eersteklasgoederen

————————

first²

〈telwoord; als voornaamwoord〉

1 eerste

♦voorbeelden:

1   the first in the row • de voorste in de rij

     she came out first • ze behaalde de eerste plaats

————————

first³

〈 bijwoord〉

1 eerst

2 liever ⇒ eerder

3 → firstly firstly/

♦voorbeelden:

1   when did you first meet? • wanneer hebben jullie elkaar voor het eerst ontmoet?

     he told her first • hij vertelde het eerst aan haar

     but first he told her • maar eerst/vooraf vertelde hij het aan haar

     first and foremost • in de eerste plaats, bovenal

     first and last • alles samengenomen, over het algemeen

     first off we visited Dover • om te beginnen bezochten wij Dover

     first of all • in de eerste plaats, om te beginnen

2   she'd die first rather than give in • ze zou eerder sterven dan toe te geven

→ come come/

————————

first⁴

〈telwoord; als determinator〉

1 eerste ⇒ 〈 figuurlijk〉 voornaamste, belangrijkste

♦voorbeelden:

1   first approximation • eerste benadering

     first cause • voornaamste oorzaak, grondoorzaak

     〈 Brits-Engels〉 first form • eerste klas 〈 school〉

     in the first place • in de eerste plaats

     he doesn't know the first thing about maths • hij kent niet de allerelementairste begrippen van de wiskunde

     I'll take the first train • ik neem de eerstvolgende trein

→ cousin cousin/, lady lady/, thing thing/

English-Dutch dictionary > first
3 first form

first form

eerste klas 〈 school〉

————————

first form

eerste klas

English-Dutch dictionary > first form
4 first-class

first-class

1 eerste klas

♦voorbeelden:

1   〈 Brits-Engels〉 a first-class (university) degree • hoogste universitaire graad

     first-class post/mail • 〈 ongeveer〉 gewone post 〈in Engeland: sneller dan second-class〉; 〈 USA〉 brievenpost

     travel first-class • eerste klas reizen

     send letters first-class • 〈 ongeveer〉 brieven (per gewone post) versturen

English-Dutch dictionary > first-class
5 form

n. vorm; figuur; gewoonte; formulier (ook in computers); konditie; geestesgesteldheid; klas; ceremonie; gedrag; order; regeling; pasvorm; (in computers) formulier
--------
v. maken, vormen; ontwerpen; scheppen; redden, halen; voorbereiden

form¹

[ fo:m] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 (verschijnings)vorm ⇒ gedaante, silhouet

2 vorm ⇒ soort, systeem

3 vorm(geving) ⇒ opzet, presentatiewijze

4 formulier ⇒ voorgedrukt vel

5 formaliteit ⇒ vast gebruik, gewoonte; 〈 bij uitbreiding〉 etiquette(regel)

6 〈 voornamelijk sport〉 conditie ⇒ vorm

7 manier ⇒ wijze, vorm

8 (school)klas

9 〈 drukwezen〉 (druk)vorm

10 〈Brits-Engels; informeel〉 strafblad

♦voorbeelden:

1   on present form • als het niet verandert

4   fill in/out a form • een formulier invullen

5   as a matter of form • bij wijze van formaliteit

     cursing is bad form • vloeken is onbehoorlijk

     true to form • geheel in stijl, zoals gebruikelijk

6   in form • in vorm/goede conditie

     be on form, be in great form • goed op dreef zijn

8   〈 voornamelijk Brits-Engels〉 first form • eerste klas

————————

form²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 zich vormen ⇒ verschijnen, zich ontwikkelen

2 gevormd worden

♦voorbeelden:

¶ form up • zich in rijen opstellen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 vormen ⇒ modelleren, vorm geven

2 maken ⇒ opvatten 〈 plan〉, construeren, samenstellen

♦voorbeelden:

2   form a club • een club oprichten

     form an example to someone • iemand tot voorbeeld dienen/zijn

     form an opinion • zich een oordeel vormen

     form (a) part of • deel uitmaken van

English-Dutch dictionary > form
6 cabin class

tweede klasse (in trein, passagiersschip of vliegtuig), tussen eerste en derde klasse

cabin class

1 kajuitsklasse 〈 tussen eerste klas en toeristenklasse〉 ⇒ tweede klasse

English-Dutch dictionary > cabin class
7 travel first-class

travel first-class

eerste klas reizen

English-Dutch dictionary > travel first-class
8 private first class

soldaat eerste klas

English-Dutch dictionary > private first class
9 sergeant first class

sergeant eerste klas, pelotonssergeant

English-Dutch dictionary > sergeant first class
10 sergt.

sergeant, niet gemachtigde militaire officier in rang boven korporaal of eerste klas piloot; politieofficier in rang boven kapitein of luitenant

sergt. (sergeant)

English-Dutch dictionary > sergt.
11 former

adj. vorige, vroegere, zoals vroeger, oud, antiek, prehistorisch; de eerste, de laatste
--------
n. vormgever, ontwerper, kristalliseerd

former¹

[ fo:mə] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 〈 in samenstellingen〉 leerling 〈 van een bepaalde klas〉

♦voorbeelden:

1   〈 Brits-Engels〉 second-former • tweedeklasser

————————

former²

〈voornaamwoord; the〉

1 eerste ⇒ eerstgenoemde 〈 van twee〉

♦voorbeelden:

1   Henry prefers the former of the two books • Henry geeft de voorkeur aan het eerstgenoemde boek

————————

former³

〈 determinator〉

1 vroeger ⇒ voorafgaand, vorig

♦voorbeelden:

1   in former days • in vroeger dagen

     Uncle seems to be his former self again • oom schijnt weer de oude te zijn

English-Dutch dictionary > former
12 junior high school

onderbouw van de middelbare school (school met eerste, tweede en derde klas)

junior high school

, junior high 〈 Amerikaans-Engels〉

1 middenschool ⇒ brugschool

English-Dutch dictionary > junior high school

См. также в других словарях:

Eighth grade — (called Grade 8 in some regions) is a year of education in the United States and many other nations. The eighth grade is the eighth school year after kindergarten. Students are usually 13 14 years old. Eighth grade is sometimes the final year of… … Wikipedia
Grades de l'armée belge — Cet article donne les grades en vigueur dans les forces armées belges, conformément à l arrêté royal du 28 février 2007[1]. Les termes en italique sont les appellations en néerlandais. Selon les composantes et les différentes tenues (il … Wikipédia en Français
Виринга, Йохан — Йохан Виринга Общая информация … Википедия
literature — /lit euhr euh cheuhr, choor , li treuh /, n. 1. writings in which expression and form, in connection with ideas of permanent and universal interest, are characteristic or essential features, as poetry, novels, history, biography, and essays. 2.… … Universalium
Bataille de l'Öresund — par Jan Abrahamsz Beerstraten … Wikipédia en Français
Bataille de l'Øresund — Bataille de l Öresund Bataille de l Öresund Bataille de l Öresund par … Wikipédia en Français
Bataille du détroit de l'Øresund — Bataille de l Öresund Bataille de l Öresund Bataille de l Öresund par … Wikipédia en Français
PSV Eindhoven — Infobox club sportif PSV Eindhoven … Wikipédia en Français

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на нидерландский

eerste klas

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на нидерландский

eerste klas

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: